Echtscheiding met internationale aspecten: waar moet u rekening mee houden?

Steeds vaker zien wij dat er bij een echtscheiding internationale aspecten meespelen. Bijvoorbeeld, wanneer een van de echtgenoten (of beide echtgenoten) ten tijde van de echtscheiding in het buitenland woont of tijdens het huwelijk in het buitenland hebben gewoond. Ook kan het zijn dat (een van) de echtgenoten een andere nationaliteit heeft. Dit kan relevant zijn voor de bevoegdheid van de rechter en het toepasselijk recht op de echtscheiding en de verschillende onderwerpen die aan bod komen bij een echtscheiding.

 

Is de Nederlandse rechter bevoegd?

Om de echtscheidingsprocedure in Nederland te starten, is allereerst van belang dat de Nederlandse rechter bevoegd is. De Nederlandse rechter is in ieder geval bevoegd om over een verzoek tot echtscheiding te beslissen als:

  • Een van de (of beide) echtgenoten in Nederland woont;
  • Als beide echtgenoten de Nederlandse nationaliteit bezitten.

 

De nationale en internationale wetgeving is erg duidelijk en praktisch over de eventuele nevenverzoeken die bij een echtscheiding aan bod kunnen komen. In veel gevallen is de Nederlandse rechter dan ook bevoegd om kennis te nemen van de nevenverzoeken.

 

Toepasselijk recht

Wanneer de Nederlandse rechter bevoegd is om kennis te nemen van een echtscheidingsverzoek, dan is niet zonder meer gezegd dat ook het Nederlandse recht van toepassing is. Dit is de tweede vraag die speelt en niet zelden complicaties geeft.

 

Voor wat betreft het verzoek tot echtscheiding is de wet duidelijk:  de hoofdregel is dat de rechter Nederlands recht toepast, ongeacht de verblijfplaats of nationaliteit van de echtgenoten. In afwijking hiervan biedt de wet de mogelijkheid aan echtgenoten om samen een ander toepasselijk recht aan te wijzen. Dit kan dan alleen wanneer de echtgenoten een gezamenlijke vreemde nationaliteit hebben en zij dit recht van toepassing willen laten verklaren.

 

Tot nu toe heb ik alleen gesproken over het toepasselijk recht op het echtscheidingsverzoek. Bij een echtscheiding worden regelmatig ook nevenverzoeken ingediend, zoals een verzoek tot de verdeling of verrekening van het vermogen, kinder- en partneralimentatie en verzoeken met betrekking tot de kinderen. Er is geen eenduidige wettelijke regeling die voorschrijft welk recht op alle nevenverzoeken van toepassing is. Per nevenverzoek moet worden bekeken welke nationale of internationale bron van toepassing is en wat hierin is opgenomen over het toepasselijk recht. Het voert te ver om in 1 blog uit te werken welk recht van toepassing is op de verschillende nevenverzoeken. Voor verschillende nevenverzoeken zijn verschillende internationale bronnen van toepassing.  Zo hebben wij bijvoorbeeld het ‘Haags Alimentatieprotocol 2007’, dat iets zegt over welk recht van toepassing is op het (neven)verzoek tot alimentatie en het ‘Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996’, dat iets zegt over welk recht van toepassing is op verzoeken over ouderlijke verantwoordelijkheid (zoals gezag- en omgangskwesties). Er is dus niet een duidelijke wet die we voor alle verzoeken kunnen toepassen.

 

Ter illustratie een voorbeeldcasus:

Twee Nederlanders trouwen in 2009 in Nederland en verhuizen na drie maanden huwelijk naar Frankrijk. Hier worden hun twee dochters geboren. De vrouw vertrekt in 2019 met de twee kinderen naar Nederland en vraagt hier de echtscheiding aan. Zij vraagt de rechtbank om de echtscheiding uit te spreken, het hoofdverblijf van de kinderen bij haar te bepalen en zij wil kinder- en partneralimentatie ontvangen.

 

De eerste vraag die luidt: is de Nederlandse rechter bevoegd om van deze verzoeken kennis te nemen? Het antwoord is ja: op grond van nationale en internationale regelgeving is de Nederlandse rechter bevoegd kennis te nemen van zowel het verzoek tot echtscheiding alsook de verzoeken over de kinderen en de alimentatieverzoeken. Dit is te vinden in de internationale ‘Brussel IIbis verordening’ en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

 

De volgende vraag is dan welk recht op de verschillende verzoeken van toepassing is. Zoals ik reeds uitlegde, is op het verzoek tot echtscheiding het Nederlands recht van toepassing. Voor de nevenverzoeken moet steeds worden gekeken welk recht van toepassing is en in welke nationale of internationale bron dit wordt voorgeschreven.

 

Namens de vrouw zijn de volgende nevenverzoeken gedaan:

  1. Vaststelling hoofdverblijfplaats van de kinderen;
  2. Kinderalimentatie;

 

Het onderwerp hoofdverblijf valt onder de (internationale) categorie ‘ouderlijke verantwoordelijkheid’. In dit geval is het (internationale) Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996 van toepassing. Hierin is onder meer opgenomen welk recht van toepassing is. Op grond van dit verdrag geldt als hoofdregel dat de rechter die de zaak behandelt, het interne recht toepast. Dit wil in deze casus zeggen dat de Nederlandse rechter bevoegd is en dan het Nederlandse recht wordt toepast. Maar, hier zijn wel uitzonderingen mogelijk, bijvoorbeeld als ter bescherming van het kind een ander recht moet worden toegepast, namelijk het recht van het land waarmee de omstandigheden nauw verbonden zijn. Hier kan dan worden gedacht aan het recht Frankrijk, indien dit recht de belangen van de kinderen meer beschermt.

 

De kinder- en partneralimentatie kan in dit geval samen worden behandeld. In het internationale ‘Haags Alimentatieprotocol’ staat opgenomen welk recht van toepassing is op deze verzoeken. Er wordt in het Haags Alimentatieprotocol wel onderscheid gemaakt tussen kinder- en partneralimentatie, maar de hoofdregel luidt voor beide verzoeken hetzelfde: het recht van het land waar de onderhoudsgerechtigde woont is van toepassing. In dit geval vraagt de vrouw om de kinder- en partneralimentatie en zij is dus de onderhoudsgerechtigde. Omdat zij in Nederland woonachtig is, is in beginsel het Nederlands recht van toepassing zijn. Het Haags Alimentatieprotocol biedt haar wel verschillende mogelijkheden om hierop een uitzondering te maken, waarbij het onderscheid tussen kinder- en partneralimentatie relevant is. Voor beiden zijn bepaalde, bijzondere regels opgenomen.

 

In de geschetste casus is er maar een beperkt aantal nevenverzoeken gedaan, maar ook dan is het belangrijk dat de juiste bronnen voor de verschillende onderwerpen worden geraadpleegd. Zo wordt er in de nationale en internationale regelgeving ook onderscheid gemaakt in de situaties of een verzoek wordt gedaan als nevenverzoek bij een echtscheiding, of dat dit als een op zichzelf staand verzoek wordt ingediend. Ook hierbij kunnen dan andere regels gelden voor wat betreft de bevoegdheid en het toepasselijk recht.

 

Het is belangrijk om alle feiten goed op een rij te hebben, zodat u goed kan worden geïnformeerd over uw rechten en plichten. Het is een complexe materie, die voor u niet gemakkelijk inzichtelijk en duidelijk is. Expertise en maatwerk is hierbij van belang en dit hebben wij hoog in het vaandel staan. Boeve Familierecht kan u ook adviseren en bijstaan bij uw vragen over de internationale aspecten. Heeft u vragen, neemt dan contact met ons op, via 026-3823114 of info@boevefamilierecht.nl